Martijn Mensink over ondernemerschap: Wie bint zoals wie bint

Een ondernemer in strak overhemd achter een bureau? Nee, die tref je bij Autoschadeherstel Mensink in Tubbergen niet aan. Eigenaar Martijn Mensink staat gewoon tussen zijn collega’s, in werkkleren, met zijn handen in het vak waarvoor hij is opgegroeid. “Het draait hier om één ding,” zegt hij nuchter. “De klant tevreden weer op pad krijgen.” Martijn (33) neemt in 2020 het familiebedrijf over van zijn vader Bennie, die op zijn beurt het bedrijf in 1981 start. “Pa helpt trouwens nog elke dag mee,” vertelt Martijn. “En mijn broertje Sander werkt hier ook. Hij werkt als plaatwerker en doet z’n ding.” Inmiddels bestaat het team uit acht vakmensen die voor kwaliteit staan. “Stuk voor stuk,” benadrukt de sympathieke ondernemer.

Grootgebracht in het vak

Het zat er al vroeg in: “Vanaf kleins af aan liep ik hier rond. In 2011 was ik klaar met school en kon ik meteen meedraaien op de werkvloer. Dan groei je er vanzelf in.” Martijn volgt hiervoor een studie bedrijfsmanagement voor de mobiliteitsbranche in Apeldoorn, een opleiding die perfect aansluit bij het bedrijf waar hij toch al bijna niet meer weg te denken is. Het grootste verschil als hij officieel de zaak overneemt? Hij denkt even na: “De verantwoordelijkheid. Ineens ben jij degene die ervoor moet zorgen dat meerdere huishoudens kunnen eten. In het begin sta je daar wel bij stil. Maar aan de rest was ik al gewend: het regelen, het werk, de klanten.”

Digitaal tijdperk

Toch verandert er wel het een en ander in de loop der jaren, merkt Martijn op. “Misschien zijn het geen grootse dingen, maar de schadebranche wordt elke dag digitaler. Dossiervorming, systemen, noem maar op. Er komt steeds meer computerwerk bij kijken. Maar dat hoort erbij. Ons vak is altijd in ontwikkeling.”

Toename schades

Autoschadeherstel Mensink doet alles van A tot Z: het herstellen van schade aan personenauto’s tot campers en caravans. Sinds corona is het aantal camper- en caravanschades zelfs flink toegenomen en soms zijn er bijzondere opdrachten. “We hebben een klant die lampen in een specifieke kleur bij ons laat spuiten. Maar het mooiste vind ik dat je van een gehavende auto weer iets prachtigs maakt en dat de eigenaar verbaasd zegt: ‘Je ziet er niks meer van.’ Daar ga ik goed op.”

Half elektricien, half onderzoeker

Toch ligt de grootste uitdaging niet in het herstel zelf, maar in de techniek die razendsnel verandert. Elektrische voertuigen vragen om andere kennis en veiligheidsmaatregelen worden steeds aangescherpt. “Je bent straks half elektricien, half onderzoeker,” zegt Martijn met enig cynisme hierover. “Mag ik dit wel repareren volgens de voorschriften van de fabrikant? Is het veilig? Daarom is het belangrijk te investeren in kennis en opleiding.”

Jonge aanwas

En dat geldt niet alleen voor hemzelf. De branche heeft lange tijd te maken met weinig nieuwe aanwas, totdat Martijn samen met het Canisius in Tubbergen een keuzevak autoschadeherstel opzet. Autoschadeherstelbedrijven in de omgeving volgen zijn voorbeeld. “Vierdejaars vmbo-klassen komen zes middagen langs. We hebben er nu drie: twee jongens en zelfs een meisje. Ze leren hier alles. We laten ze eerst een deuk in een auto slaan. Dat vinden ze natuurlijk prachtig,” lacht hij, “Maar daarna moeten ze die deuk er weer uithalen, plamuren en spuiten. Het is mooi om te zien hoe enthousiast ze worden.” De methode werkt. “Een van de vorige leerlingen kwam later terug en zei: ‘Ik stop met mijn opleiding en wil graag hier werken.’ Toen heb ik hem eerst een paar middagen laten meelopen. Nu doet hij een BBL-opleiding en werkt hij hier nog steeds.”

Waardevol teamgevoel

Autoschadeherstel Mensink is het enige schadeherstelbedrijf in Tubbergen zelf. Maar Martijn zit niet in de ‘wij doen het beter’-houding. “Wie bint zoals wie bint,” zegt hij nuchter. “Anderen leveren ook goed werk. Het belangrijkste is dat onze kwaliteit goed is, dat we klantvriendelijk zijn en dat de sfeer onderling goed blijft. Ik leg de mensen hier geen druk op. Vakmensen leggen zichzelf al genoeg druk op.” Dat teamgevoel is waardevol. De oudste collega werkt er al sinds 1993. “Die hoort zo’n beetje bij de inventaris,” knipoogt Martijn.

Bijzondere klussen

In de loop der jaren maakt hij van alles mee. Zoals een klant die een huisje in Noorwegen heeft. “Die had de auto daar tegen een boom geparkeerd en wilde dat die hier in Tubbergen werd gerepareerd. Dat vind ik mooi vertrouwen.” Of die twee ton kostende auto waarvan de spoiler op de achterklep niet beviel. “Of we die er even af konden halen en de gaten dicht konden lassen. Tuurlijk. Wie betaalt, bepaalt, tot op zekere hoogte dan. Het blijft de auto van een ander. Maar nee verkopen doen we niet snel. En als wij het niet kunnen, dan iemand uit ons netwerk wel. Vroeger waren we elkaars concurrent, nu werk je veel meer samen. Daar kom je verder mee.”

Ondernemer in Tubbergen

Martijn voelt zich thuis tussen Tubbergen en Harbrinkhoek, waar hij woont met zijn vrouw Floor, zoontje Jorn en een tweede op komst. Of er een opvolger in zit? Hij lacht. “Die opmerking krijg ik vaker. Maar mijn kinderen moeten vooral doen wat ze zelf leuk vinden, net als ik zelf altijd heb mogen doen. Mijn ouders hebben me nooit enige vorm van druk opgelegd.”

Starters

Het ondernemerschap in Tubbergen vindt hij uniek. “Veel bedrijven, veel nuchterheid. Je praat over zaken, maar net zo makkelijk sta je samen te barbecueën. Er liggen kansen voor jonge ondernemers. En met de uitbreidingsplannen van het industrieterrein hoop ik dat starters ook hun plek krijgen.”

Toekomst

Over vijf jaar hoopt Martijn vooral hetzelfde te doen als nu met hetzelfde team. “We moeten blijven investeren in techniek en in opleidingen. Zodat we voldoen aan de eisen van verzekeraars en fabrikanten, maar vooral omdat het vak daarom vraagt.” Ondertussen rijdt er elke week een vloot van zes vervangende auto’s door de regio. “Die krijgen klanten gratis mee als hun auto hier hersteld wordt, ook als de schade niet verzekerd is. Mensen kunnen niet makkelijk zonder auto. Zo simpel is het.”