Een van de grootste feesten van het jaar in Geesteren is Papsleef’ndag. De dag waarop de optocht en het grote carnavalsfeest plaatsvinden die jaarlijks duizenden bezoekers en deelnemers trekken. Dit jaar is ‘t extra feest in het dorp vanwege het 55-jarig bestaan van CV de Papsleef’n. De vereniging werd in 1970 opgericht onder een andere naam: Aait vedan. Niet voor niets is deze uitspraak terug te vinden in de spreuk van de jubileumhoogheden prins Robert en zijn zoon en adjudant Stef: ‘Een echte Papsleef geet aait vedan’.
Sinds 1980 siert de naam ‘Papsleef’n het Geesterense carnavalsschip. De afgelopen 55 jaar groeide de vereniging uit tot een professionele, gerespecteerde club in de gemeente Tubbergen. De vier gala-avonden zijn mateloos populair en ook het Hofkoor draagt een belangrijk steentje bij. Het jubileum wordt dan ook groots gevierd. Een speciaal opgerichte jubileumcommissie staat garant voor legio activiteiten. “Zoals een druk bezochte receptie, een jubileumlied en ‘nieuwe’ straatnamen”, noemt Papsleef’n woordvoerder Stefan Vissia als voorbeelden. “Bij alle oud-prinsen zijn hun namen verwerkt in een ‘nieuwe’ straatnaam waarvan de borden tijdens carnaval in hun tuin staan.”
Met 55 jaar op de teller ziet CV De Papsleef’n de toekomst rooskleurig tegemoet. “Carnaval betekent traditie”, vervolgt de zegsman. “Typisch traditionele aspecten zoals de Pappot waar onze hoogheden jaarlijks uit opkomen, zijn van grote waarde en zullen altijd blijven. Naast traditie is vernieuwing ook essentieel binnen een vereniging. We zijn daarom blij met de inzet van onze jeugd. Of we ooit een prinses krijgen als hoogheid? Het staat niet in de statuten dat dat alleen mannen mogen zijn”,laat Vissia weten. “Wie weet, als die keuze een keer op ons pad komt. CV De Papsleef’n sluit niemand buiten maar geet aait vedan.” Aait vedan maar niet in de verlichte optocht?! “Klopt, die valt altijd samen met onze gala-avonden”, legt hij uit. “De optocht is in onze residentie Kottink wel te volgen op een beeldscherm hoor. En de uitslag wordt gelijk na afloop bekend gemaakt. Een beetje zijn we er dus wel bij.
